De mens is een wonder.
De mens is een eeuwig levend geestelijk wezen en hij heeft alleen hier op aarde een tijdelijk stoffelijk lichaam. Dat fysieke lichaam is slechts een voertuig dat bij de overgang naar de andere kant, de zogenaamde dood, wordt achtergelaten. Het bijzondere is dat de schepping als geheel volledig op een mens lijkt en daarmee overeenkomt. Van het kleinste tot het grootste komt alles in de geestelijke en materiële schepping met de mens overeen en moet met hem overeenkomen, want de mens is de eigenlijke oorzaak en het einddoel van de hele schepping. Waarom dit zo is en hoe een en ander te begrijpen is, wordt in de Nieuwe Openbaring door Jakob Lorber in het Grote Johannes Evangelie, deel 2, 222:4 uitvoerig beschreven aan de hand van talloze voorbeelden.